Achter elke wond schuilt een verhaal

Na 7 jaar op de poli Dermatologie bij de Mauritsklinieken in Den Haag maakte Lisette Eversteijn in 2016 de overstap naar Allerzorg. Sindsdien komt zij als verpleegkundige wondzorg en dermatologie bij mensen thuis.

Lisette vertelt: “Ik zie de overstap naar de zorg voor cliënten in de thuissituatie als een verrijking van mijn werk. Ik leer cliënten kennen in hun eigen omgeving, waardoor er een vertrouwensband en een warm contact ontstaat. Ook zegt de leefsituatie veel over een cliënt. Dat zie je niet wanneer je op een polikliniek werkt. Ik zie het ook echt als een meerwaarde om verder te kijken dan de wond alleen, cliënten hebben vaak veel te verwerken, daar wil je niet aan voorbij gaan; achter elke wond schuilt een verhaal.”

Lisette vertelt over gebeurtenissen die haar werk bijzonder maken: “Zo kregen we een dakloze man in zorg die maanden met een zogenoemde ‘diabetesvoet’ over straat heeft gezworven. De cliënt verbleef tijdelijk in een opvanghuis en kreeg uiteindelijk een eigen huis toegewezen. Zowel de man als zijn huis waren ernstig verwaarloosd, de ruimte was vies en bezaaid met rommel. Toen ik daar aankwam had hij geen eens een bed om in te slapen. De bank was zo klein dat je er amper op kon liggen. Op eigen initiatief hebben we een veldbed en een slaapzak naar het huis gebracht. Ook een goede nachtrust draagt immers bij aan de wondgenezing. Daarna volgde er samen met de huisarts en andere deskundigen een heel traject om  de cliënt verder te helpen”

“We hebben al 2 jaar een cliënt in zorg met een melanoom op zijn hiel. Hij kreeg de ene tegenslag na de andere. Na een lange opname had hij thuis infuustherapie nodig. We hebben toen het Allerzorg infusieteam erbij betrokken en konden op die manier de complete zorg zelf leveren. Je maakt op die manier het zorgtraject van het begin tot het einde mee. Toen hij een paar weken terug uiteindelijk liet weten dat hij een goede uitslag had gekregen en de kanker weg was, voelde ik oprecht dezelfde blijheid als hij; ik gunde het hem zo!”